VEB.net maakt gebruik van cookies om het gebruiksgemak van de website te verbeteren. 

In 2025 ontpopte Zuid-Korea zich tot een van de sterkst stijgende markten ter wereld, opgestuwd door een AI-gedreven techgolf. Denemarken beleefde tegelijk een zeldzaam slecht beursjaar. Tijd om de verschillen in perspectief te zetten.

De chipindustrie is ontegenzeggelijk een van de meest dominante opkomende trends wereldwijd. De Verenigde Staten zijn daarin overheersend en Europa heeft sterkhouders als ASML, maar het zou een vergissing zijn om niet naar Azië te kijken. 

Zuid-Korea bijvoorbeeld is een wereldmacht in AI- en chiptechnologie, maar in de financiële wereld wordt het nog vaak gelabeld als opkomende markt. Grote invloed daarbij ligt bij indexbouwers, partijen die mandjes van aandelen samenstellen en daarmee goedkoop en gespreid beleggen mogelijk maken voor grote groepen beleggers. 

Nationale markten worden door indexbouwers ingedeeld als ‘ontwikkeld’ of ‘opkomend’. De scheidslijn is deels subjectief. Zuid-Korea is een land dat de meningen verdeelt. MSCI schaart het land onder de opkomende markten, terwijl concurrent FTSE het als ontwikkelde markt kwalificeert. 

Bij een herziening dit jaar kon het land de stap omhoog bij MSCI niet maken. Hoewel Korea economisch en technologisch sterk ontwikkeld is, telt voor de Amerikaanse indexbouwer vooral hoe toegankelijk en vrij verhandelbaar de markt is voor internationale beleggers.



Dat verschil van inzicht tussen indexbouwers doet weinig af aan de voorname rol van een aantal Koreaanse ondernemingen binnen de chipsector. Zo is SK Hynix een specialist in een bepaald type geheugenchips dat essentieel is in AI-processors. Samsung Electronics is daarin ook actief, maar het concern fabriceert daarnaast rekenchips (logic). Die zijn onder andere nodig voor zelfrijdende auto’s en de nieuwste mobiele telefoons.

Samsung Electronics en SK Hynix zijn zeer dominant op de Koreaanse beurs. De twee bedrijven hebben samen een gewicht van ruim 46 procent in de MSCI Korea-index, een mandje met meer dan tachtig aandelen van de grootste Koreaanse beursgenoteerde bedrijven. De Koreaanse markt is daarmee erg afhankelijk van ontwikkelingen rond halfgeleiders. Wanneer de koersen van de twee belangrijke chipbedrijven dalen, trekt dat de hele index omlaag. Dat gebeurde in 2024, toen de Koreaanse beursindex met ruim 12 procent daalde. Gemeten in euro's was het rendement nog slechter, minus 18 procent, doordat de Zuid-Koreaanse munt, de won, aanzienlijk verloor ten opzichte van de euro.

In 2025 is het beeld omgedraaid en is de MSCI Korea een van de best presterende nationale indices. Gemeten tot begin december presteerde van alle ontwikkelde en opkomende markten alleen de beurs van Colombia beter. 

De grote verschillen in prestaties hebben deels nationale wortels. De Koreaanse beurs kent veel bedrijven die onderdeel zijn van grote familieondernemingen met complexe holdings, de zogeheten chaebols. Dat zorgt voor beperkte transparantie en weinig zeggenschap en bescherming voor buitenstaanders, zoals minderheidsaandeelhouders.

Deze structurele problemen hebben gezorgd voor een Korea Discount. Op verschillende maatstaven is Zuid-Korea lager gewaardeerd dan de opkomende markten als geheel, die op hun beurt weer een stuk goedkoper zijn dan ontwikkelde markten. Veel Koreaanse bedrijven noteren onder hun eigen boekwaarde, de waarde van het eigen vermogen op de balans. Volgens Goldman Sachs geldt dit voor zeven op de tien beursfondsen.

In 2024 kwam de Koreaanse toezichthouder Financial Services Commission (FSC) met een plan dat de waarderingen op de nationale aandelenmarkt een boost moet geven. Vorig jaar zijn die plannen omgezet in een aantal wetten, waardoor bestuurders voortaan (meer) moeten handelen in het belang van het bedrijf én alle aandeelhouders. Minderheidsaandeelhouders krijgen een stevigere positie en meer stem, expliciet met het doel de Korea Discount aan te pakken. 



Chipcyclus
Daarnaast is er de bedrijfsmatige verklaring. Veel Koreaanse beursfondsen hebben de wind in de rug. Samsung Electronics is een van de grootste chipproducenten ter wereld en investeert agressief in AI-hardware. SK Hynix profiteert van de explosieve groei in high-bandwidth memory.

Ook andere sectoren beleven goede tijden, bijvoorbeeld bedrijven die batterijmaterialen of -technologie leveren (LG Energy Solution, Posco Future M, EcoPro). Lucht- en ruimtevaartbedrijf Hanwha Aerospace en maker van energie-installaties en turbines Doosan Enerbility beleefden ook een sterk jaar. 

Het is goed mogelijk dat de zogeheten supercyclus van de chipsector nog enige tijd doorzet, wat goed nieuws zou zijn voor de Koreaanse aandelenmarkt. Maar 2025 bewijst ook hoe snel deze factoren kunnen omslaan.

Omkeren
De sterk wisselende prestaties van de Koreaanse beurs maken nog maar eens duidelijk hoe zinloos het is om trends te vangen op korte termijn. AI-chips en batterijen zijn al een paar jaar belangrijke drijvers van innovatie. Toch was Samsung in 2024 nog een van de slechtst presterende onder de grote chipfondsen. Voor batterijbedrijven was dit ook een matig jaar.

Een omslag kan dan ook snel en onverwacht komen. Zuid-Korea is sterk afhankelijk van mondiale cyclische exportmarkten. Er is geopolitieke onzekerheid door de onvoorspelbare houding van de noorderbuur. En het concentratierisico is nog groter dan het op het eerste gezicht lijkt. Een oplettende belegger ziet dat er meerdere Samsung-gerelateerde bedrijven in de MSCI Korea zitten. Het laat zien dat chaebols de markt domineren. Samsung en de gelieerde bedrijven (bouw, consulting, IT-services) profiteren indirect van de massale vraag naar geheugen- en rekenchips, maar als het concern tegenwind heeft, raakt dat de index hard.

Verliezer Denemarken
Waar de dominantie van enkele zwaargewichten Korea in 2025 opstuwde, werkte die in Denemarken juist averechts. Het land blijkt een negatieve uitschieter in een ranglijst van 47 relatief ontwikkelde aandelenmarkten wereldwijd. 

De Deense landenindex, MSCI Denmark, is sterk geconcentreerd in gezondheidszorg en windparken. Uitgerekend die sectoren kregen zware klappen in 2025. Allereerst zag Novo Nordisk, verreweg het grootste bedrijf op de Deense markt, zijn waarde kelderen. In de MSCI Denmark heeft de farmaceut een gewicht van 42 procent.

Novo’s aandelenkoers is vanaf het hoogtepunt in 2024 met ongeveer 70 procent gezakt. Het lukt de Ozempic-maker niet om zijn dominante positie vast te houden in de lastige geneesmiddelenmarkt. Concurrent Eli Lilly boekt succes met een eigen afslankmiddel. Tegelijk werkt Novo Nordisk aan een nieuwe generatie obesitasmedicijnen en heeft het bedrijf een fikse ontslagronde achter de rug.

Op het gebied van groene technologie zit Denemarken ook in het verdomhoekje. Een bedrijf als Ørsted is leidend in offshore-wind, maar is ook enorm kapitaalintensief. Nieuwe projecten worden geannuleerd en vergunningstrajecten duren lang. Hoge rentes en kostenstijgingen zorgen voor grote verliezen. 



Zwakte
De perfect storm op de Deense beurs kwam voor veel volgers als een verrassing. In 2024 maakte de Deense beurs een grote stijging door, gevolgd door een fikse daling in de tweede jaarhelft. Dat kwam door de eerste tekenen van zwakte bij Novo Nordisk. De vijf jaar daarvoor was Denemarken echter een uitblinker, met duidelijk sterkere prestaties dan de ontwikkelde-wereldindex. Aan het begin van 2025 waren analisten in het algemeen nog positief over Deense aandelen, en Novo Nordisk in het bijzonder. 

Nu het jaar erop zit, kunnen beleggers concluderen dat Novo Nordisk de strijd lijkt te hebben verloren en dat de politieke wind voor Ørsted behoorlijk negatief is gedraaid. Pas gaandeweg zagen analisten de ernst van de concurrentiedreiging voor Novo en de structurele problemen bij de windparkbouwer in.

Om rekening mee te houden
De ontwikkelingen in Denemarken en Zuid-Korea onderstrepen hoe kwetsbaar markten worden wanneer ze leunen op een handvol dominante bedrijven. Landgerichte indexfondsen en etf’s veranderen daardoor al snel in een geconcentreerde gok, met bijbehorende volatiliteit. Hoewel beurzen op lange termijn door structurele trends worden bepaald, reageren koersen op korte termijn vooral op nieuws. 

Voor een stabieler en betrouwbaarder beeld van langetermijnprestaties is een brede, neutrale maatstaf zoals de MSCI All Country World Index (ACWI) daarom een verstandig uitgangspunt. Een landen-etf, zoals eentje die Koreaanse aandelen volgt, kan dan als aanvulling dienen. Het past goed als een satelliet in een gespreide portefeuille, maar niet als kernpositie. 

Over elke periode zullen sommige markten of thema’s het beter doen dan de ACWI, en andere slechter. De wereldindex is zelf ook niet immuun voor een dominantie van sectoren of landen. De Verenigde Staten vormen 65 procent en zijn daarmee veruit het grootst, maar dit is een afspiegeling van de beurswaarde van Amerikaanse bedrijven. Door de tijd heen schuift dit. Markten bewegen in cycli; alleen spreiding beweegt met alles mee.

Hoe beleg je erin?
Het is voor Nederlandse beleggers veel gemakkelijker om via fondsen en trackers in de Koreaanse dan in de Deense markt te beleggen. Puur Deense etf’s zijn hier niet te koop, terwijl etf-beleggers met interesse in Korea de keuze hebben uit drie grote fondsen met ieder meer dan 100 miljoen euro onder beheer.  

Het aanbod aan etf’s op de Koreaanse markt is gebaseerd op door MSCI en FTSE beheerde indices (zie de bovenste tabel). 

De etf-uitgevers kiezen voor de index-varianten die een maximum zetten op de gewichten van individuele bedrijven. Dit moet een al te grote invloed van een enkel aandeel voorkomen. Hoewel de etf’s capped indices volgen, verschillen deze nauwelijks van de reguliere MSCI en FTSE Korea. De samenstellingen zijn op dit moment zelfs gelijk. 

De MSCI Korea 20/35 Index heeft 81 posities. De grootste entiteit in de index kan maximaal 35 procent wegen. Overige bedrijven maximaal 20 procent. De MSCI Korea Capped bevat dezelfde selectie aandelen, met alleen een maximumgewicht voor het grootste bedrijf.

In de FTSE Korea 30/18 Capped zitten 152 bedrijven. De grootste entiteit in de index kan maximaal 30 procent van de index vertegenwoordigen. Overige bedrijven maximaal 18 procent.

De grenzen komen in zicht. Samsung Electronics heeft een gewicht van 31 procent in de MSCI-index en 29 procent bij FTSE. Bij een komende herbalancering kan dit een rol spelen. 

Wat betreft de prestaties lopen de drie indices niet ver uiteen. De extra bedrijven in de FTSE-index hebben een geringe impact. Daarmee komt de keuze vooral uit bij de kosten en andere kenmerken van de etf’s. De Franklin-etf rekent de laagste kosten en heeft in de periode vanaf de oprichting in juni 2019 het beste gepresteerd.

De herbeleggende SPDR MSCI All Country World UCITS ETF (IE00B44Z5B48) is een goede keuze voor een belegger die blootstelling wil aan een groot deel van de wereldwijde aandelenmarkten. Deze tracker volgt de MSCI ACWI Index, en heeft 6,9 miljard euro onder beheer. De kosten zijn met 0,12 procent schappelijk. 


VEB-lidmaatschap
Nog geen VEB-account?
Voor toegang tot de volledige website dient u een VEB-lidmaatschap aan te houden en in te loggen. Indien u lid bent, maar nog geen account heeft kunt u ook klikken op ‘inloggen’ en daarna een account aanmaken.
Meer infomatie over het VEB -lidmaatschap